Film-, tv- en Broadway-acteur, muziekdocent, producer, componist, arrangeur, uitvoerend muzikant: Guy Davis is het allemaal. Maar sinds ‘Stomp Down The Rider’, zijn debuut-cd uit 1995, is hij eerst en vooral rondtrekkend muzikant. Geen staat in thuisland USA waarin hij nog niet optrad. Daarbuiten verscheen hij in zowat elke uithoek van het noordelijk halfrond. Van club- en festivalpodia tot opname-, radio- en tv-studio’s.
Na zijn zomertoer in 2014 door Oekraïne trok het volk de standbeelden van Lenin van hun sokkel. In een kindertehuis in Groenland speelde hij voor de Koninklijke familie van Denemarken. In 2019 genoten wij voor het eerst op ons GUO-podium van zijn rafelige vocalen, zijn klasse op (6- en 12-snarige) gitaar,(5-snarige) banjo en mondharmonica en zijn talent als singer-songwriter. Ook speelt hij verdienstelijk didgeridoo. Nu, 5 jaar verder inmiddels, hebben we hem wegens overtuigend succes geprolongeerd.
Guy Davis rekent folkmuzikant Pete Seeger zaliger tot zijn mentor die hem tot in het voorportaal van de blues bracht. Folk of blues: in het spoor van Seeger wil ook hij laten horen hoe harmonieus het leven kan zijn, al gaat niet alles over rozen. Seeger schiep onschuldige protestsongs als ‘We Shall Overcome’ en ‘This Land Is My Land, This Land Is Your Land’. In de jaren vijftig veroordeelde het Carthy Tribunaal hem wegens ‘communistische sympathieën’ tot de bedelstaf. Bij de ontroerende inauguratie van eerste zwarte POTUS Barack Obama zong hij in zijn nadagen fier zijn protestsongs met Bruce Springsteen aan zijn zij. De rehabilitatie was compleet toen ‘The Boss’ als eerbetoon nog voor het hemelen van zijn oude meester dubbel-cd en wereldtoer‘The Pete Seeger Sessions’ tot leven bracht.
Boycot of niet, het was uitgerekend dit ‘rebelse’ repertoire, samen met Dylans ‘Blowin’ In The Wind’, dat de tiener- en beatmissen van katholiek Nederland van de jaren zestig deed volstromen. Het kan verkeren. Van Pete Seeger en Bob Dylan is de link naar Woody Guthrie en Leadbelly snel gelegd. Toch passen de storytelling songs van Guy Davis eerder in het idioom van voorgangers en tijdgenoten uit de akoestische, country- en deltablues. Onder hen Blind Willie McTell, Big Bill Broonzy, Robert Johnson, Lightnin’Hopkins, Babatunde Olatunji, Garrison Keillor, Fats Waller en Sonny Terry.
Die laatste beïnvloedde vooral Davis’speelse spel op de bluesharp, de mondharmonica in mineur. ‘Sonny & Brownie’s Last Train – A Look Back at Brownie McGhee and Sonny Terry’, in 2016 opgenomen in Milaan bij de Italiaanse bluesharper Fabrizio Poggi die zijn deuntje meeblaast, is een hommage aan deze twee artiesten aan wie Guy Davis zich schatplichtig voelt. Behalve composities van hemzelf bevat de cd werk van de twee grootmeesters en van tijdgenoten als Libba Cotton en Leadbelly. Davis heeft sowieso een klik met Fabrizio Poggi, getuige hun dubbelconcerten in Europa en VS en hun samenwerking bij eerdere cd’s ‘Kokomo Kidd’ en ‘Juba Dance , de schijf uit 2013 waarmee Davis acht weken de ‘Roots Music Charts’ aanvoerde.
Aan Guy Davis kleeft het label ‘ambassadeur van de blues’. Ook wel wordt hem ‘de renaissance van de oude blues’ toegedicht. Hij voelt de drang om in zijn eigen werk dat van zijn oude blueshelden te doen laten herleven. In een poging dit te duiden trekt hij de vergelijking met het afstoffen en oppoetsen van oude spullen die je, antiek of niet, dierbaar zijn en met het verstrijken der jaren meer gaat koesteren. In de wijze waarop hij die toewijding wil delen met zijn publiek ziet hij een overeenkomst met zijn acteurschap.
Hij is niet uit op artistieke erkenning voor zijn kunstzinnig gezwoeg. Al kost het hem bloed, zweet en tranen, de kunst is juist om songs tegelijk simpel, klein, toegankelijk en toch retespannend te houden. Tevreden is hij als hij zijn passie voor wat hij doet en hoe hij dat doet voelt overslaan op zijn toehoorders. In hun blik wil hij de grote, verwonderde ogen van een achtjarig kind zien. Die zeggen hem: ‘Hé, dát wil ik ook’. Pas dan voelt hij zich in zijn missie geslaagd.
Behalve voor volwassenen speelt hij met evenveel plezier voor kinderen. Het succes van zijn kinder-CD’s doet niet onder voor die van de grote mensenwereld. Maar bovenal wil hij met zijn muziek mensen tot elkaar brengen. In een wereld die uiteenvalt door tegenstellingen en verdeeldheid ziet hij een taak weggelegd om de harmonie te verspreiden die van muziek kan uitgaan. Vanuit die grondhouding wil hij zijn muziek overal tot bij iedereen brengen. Juist dat brengt hem terug bij Pete Seeger.
Hoewel de blues of muziek in het algemeen buiten het ouderlijk huis beleefd werd, groeide Guy Davis op in een artistieke familie met pa en ma die op het toneel de kost verdienden. In de jaren negentig bracht zoon Guy ‘The Adventures of Fishy Waters: In Bed With the Blues’ op de planken dat al snel als dubbel-CD naar buiten kwam. Vervolgens kroop hij in ‘Robert Johnson: Trick The Devil’ onder de huid van de blueslegende. Hiervoor kende de ‘Blues Foundation’ hem de ‘Keeping the Blues Alive Award’ toe. Het succes bracht hem naar de Broadway-productie van Finnian’s Rainbow, waarmee hij in de voetsporen trad van Sonny Terry die in 1947 dezelfde rol vertolkte.
Tussendoor bracht hij vijftien blues-cd’s uit die vrijwel allemaal in een nominatie resulteerden, waarvan tweemaal voor een Grammy Award in de categorie ‘Best Traditional Blues’. Maar in plaats van bluesman van de gestampte pot is Guy Davis een verfijnde bluesmuzikant, zij het met een brede range. Naast zijn hang naar oude meesters van de akoestische, country- en deltablues neemt hij graag afslagen naar ragtime, New Orleans, blazers, slagwerkers en alles dat dansbaar is. Hij raakt de blues van toen en nu en van ingetogen tot uitgelaten.
Als muziekdocent bezorgt hij zijn studenten een basis om uit te bouwen in bluessessies. Blues moet zich in je DNA nestelen om van daaruit iets nieuws te creëren. Zonder formele status claimt hij eigenaarschap over zijn blues. Guy Davis is blues.
Als zoon van toneelauteur/–acteur Ossie Davis en -actrice Ruby Dee vervulde het hem met trots dat Broadway zijn vaders meesterwerk ‘Purlie Victorious: A Non Confederate Romp Through The Cotton Patch’ in september 2023 na ruim 60 jaar opnieuw in première nam. Bij de release begin jaren zestig was er geen acteerwerk voor ‘blacks’, terwijl er bij het jonge gezin Davis brood op de plank moest komen. Dus schreef zijn vader zichzelf en zijn wederhelft uit bittere noodzaak zijn eigen toneelstuk in. Om meer dan alleen dat is het stuk een aanklacht tegen discriminatie, racisme en achterstelling. De hernomen Broadway-première is een postuum eerbetoon en een erkenning voor Ossie Davis en zijn vreedzame strijd avant la lettre tegen rassenongelijkheid. Getuige ‘Black Lives Matter’ is de strijd nog altijd niet gestreden. In USA noch daarbuiten.
Per ticket: 20 euro (incl. 3 euro servicekosten).
Kassaverkoop: uitsluitend cash op concertdag van 14.30-15.00 (VOL = OP). Voorverkoop via digitale ticketreservering: GUO-ticketshop